Orgel directory

Onze-Lieve-Vrouw ter Zavel

Groot orgel Jean-Baptiste Bernabé Goynaut 1763 – Westenfelder 1989

© Luc De Vos

In 1763 bouwde Jean-Baptiste Bernabé Goynaut het orgel van de Onze-Lieve-Vrouw-ter-Zavelkerk, in een orgelkas vervaardigd door schrijnwerker Jean Van Gelder. 


Deze orgelbouwer werd geboren omstreeks 1725 in Condé (Frankrijk) en leerde het vak bij de gerenommeerde Brusselse orgelbouwers Forceville, waarvan hij rond 1750 de ateliers overnam. Vandaag de dag zijn de meeste werken van Goynaut verdwenen. Maar in de Onze-Lieve-Vrouwkerk in Vilvoorde kan men nog een orgelkas zien die stilistisch sterk lijkt op die van de Zavelkerk.


In 1893 vernieuwde de orgelbouwer Pierre Schyven het hele instrument, maar behield de orgelkas, waarvan hij vond dat die “niet onartistiek” was. Ook de bouwers Vermeersch (1870), Kerkhoff (jaren 1920) en Boeckx (1935) werkten aan het instrument, maar zonder het even grondig te veranderen.


De reconstructie van 1989

Onder impuls van Peter Culver, in die tijd directeur-generaal van Euro-clear Operations Centre, begon een mecenaat, met onder meer J.-P. Morgan België, in 1989 met een grondige reconstructie van het orgel.


De werken werd geleid door Georg Westenfelder volgens een plan van Jean Ferrard, wiens opvatting de volgende was: in Brussel is de orgelkas van de Zavelkerk de enige die nog bewaard is uit de 18e eeuw; anderzijds klonk het instrument dat Pierre Schyven in dit meubel had ondergebracht nauwelijks juist, en beschikken we vandaag over voorbeelden van werken van die orgelbouwer die een stuk interessanter zijn (in de vlakbij gelegen Kapellekerk of de Sint-Jacobskerk).


Er werd dus beslist om de orgelkas van Goynaut te reconstrueren, en hier een orgel in te bouwen dat geïnspireerd was op zijn bouwwijze, en in ruimere zin op de Brusselse bouwwijze van de 18e eeuw. Er werd een nieuwe pedaalkas gebouwd, onafhankelijk van het hoofdmeubel en discreet daarachter geplaatst, met de bedoeling het repertorium van het instrument uit te breiden.

Samenstelling

I. POSITIF (54 notes) II. GRAND-ORGUE (54 notes) III. ECHO (54 notes) (actives de c à f’’’) PÉDALE (30 notes)
Bourdon 8 Bourdon 16 Bourdon 8 Flûte 16
Prestant 4 Montre 8 Prestant 4 Flûte 8
Flûte 4 Bourdon 8 Doublette 2 Flûte 4
Doublette 2 Prestant 4 Nasard 2 2/3 Flûte 2
Nasard 2 2/3 Flûte 4 Tierce 1 3/5 Bombarde 16
Tierce 1 3/5 Doublette 2 Trompette 8 Trompette 8
Larigot 1 1/3 Grosse tierce 3 1/5 Trémolo Clairon 4
Fourniture III Nasard 2 2/3 Tremblant Grand-Orgue et Echo
Cymbale II Tierce 1 3/5
Cornet III Sesquialtera II B + D
Cromorne 8 B + D Fourniture IV
Trémolo Cymbale III
Tremblant Cornet V
Bombarde 16
Trompette 8 B + D
Clairon 4
Voix humaine 8 B +D
                                     
Accouplements et tirasses Accouplements
Positif / Grand-Orgue par tiroir Grand-Orgue/Pédale
Trémolo Positif/Pédale
Tremblant Grand-Orgue et Echo

Koororgel Rudi Jacques 2011

©

De voorbije jaren, en in het bijzonder na de voltooiing van de restauratie van de buitenkant, heeft de Onze-Lieve-Vrouw-ter-Zavelkerk beslist om een nieuwe impuls te geven aan haar muzikale activiteiten, meer bepaald tijdens de liturgieën.


Hiertoe treden vocale of instrumentale groepjes of solisten op tijdens kerkdiensten of concerten. Om hun initiatieven aan te moedigen, liet de Kerkfabriek een tweede orgel bouwen tussen de twee pilaren van de hoofdbeuk, wat voor de muzikanten een uitstekende akoestische weergave garandeert, en voor de ondersteuning een grotere nabijheid.


Dit nieuwe instrument is tegelijk complementair en compatibel met het orgel op het koor. Dat laatste (Goynaut-Westenfelder 1763-1989) heeft een stemming met vier zuivere tertsen en munt uit in het klassiek Frans repertorium. Het nieuwe orgel werd dus meer naar de Germaanse en zelfs Italiaanse stijlen gericht, en naar een zachtere stemming (twee zuivere tertsen), om het gebruik van complexere toonaarden toe te laten. Maar dankzij hun identieke toonhoogte en verwante stemming kunnen de twee orgels samen of afwisselend spelen.


Het instrument, dat werd ingehuldigd in 2011, werd gebouwd door Rudi Jacques, een orgelbouwer uit Dinant die vooral gebruik heeft gemaakt van traditionele ambachtelijke technieken; het orgel zit achter luiken die versierd zijn met opvallend beeldhouwwerk, waaronder - goed verborgen - een boot die verwijst naar de legende van de H. Maagd die in 1348 in Antwerpen werd geroofd en in de Zavelkerk werd ondergebracht na een bewogen reis over de Schelde en de Zenne.

Samenstelling

                                     
Principal 8
Gedackt 8
Praestant 4
Rohr Flöte 4
Octava 2
Mixtur IV
Sexquialtera II B + D
                                     
Pédale
Subbass 16
                                     
Tirasse
Tremblant
Share by: